ere Een nieuw begin na stoppen met handbal, met Sanne de Laater. (afl. #303)
#303 Een nieuw begin na stoppen met handbal, met Sanne de Laater.

#303 Een nieuw begin na stoppen met handbal, met Sanne de Laater.

De meeste mensen kennen haar als handbalster. Wat veel mensen niet weten, is dat Sanne de Laater ook een groot voetbaltalent was. Sanne, hoe zag jou sportieve jeugd eruit? “Toen ik een jaar of drie, vier was, moest ik van mijn ouders eerst mijn zwemdiploma halen. Daarna mocht ik wat anders gaan doen. Mijn ouders kennen elkaar van handbal dus eigenlijk was het heel voor de hand liggend dat ik ging handballen. Maar ze stimuleerden enorm dat ik ging doen waar ik plezier in had. In het kleine dorpje waar ik ben opgegroeid, had je de keuze uit judo, handbal en voetbal.”

Judo en ook handbal zag je toen niet zo zitten? “Nee, ik dacht, ik ga wel voetballen. Veel klasgenoten gingen ook voetballen. Tot mijn 15e, 16e heb ik dat gedaan. Ik vond het heel leuk om te doen. Ja. En dat heb ik tot mijn 15e, 16e ongeveer gedaan.”

Maar al vroeg kwam Sanne ook in aanraking met handbal. Tijdens een school handbal toernooitje. Ze was een jaar of zeven: “Ik had het nog nooit gedaan, maar mijn ouders zeiden... Ga gewoon lekker meedoen. Via via had ik een shirt geleend van de handbalclub, zodat ik mee kon doen. En toen vond ik het eigenlijk hartstikke leuk. Ik was er nog niet zo goed in, maar ik had heel veel plezier. Jaren lang heb ik voetbal en handbal vervolgens gecombineerd. Ik vraag me ook wel eens af hoe mijn ouders dat allemaal geregeld hebben. Mijn drie kinderen die handballen en voetballen. Ze waren echt alleen maar de taxi. Het voordeel was wel dat het allemaal in hetzelfde dorp was.”

 

Lastige keuze tussen voetbal en handbal

Uiteindelijk moest ze de lastige keuze maken tussen beide geliefde sporten: “Dat was een lastige keuze.  Mijn ouders zagen dat ik heel veel trainde en wel erg dun werd. Ik at voor het leven, maar viel alsnog heel erg af. Het werd tijd om een keuze te maken. Ik redde het net niet bij de meiden selecties van de KNVB en PSV, waar ik ook een uitnodiging kreeg. Ik had wel de ambitie om heel goed te worden in een van beide sporten. Toen ik de kans kreeg om als handbalkeepster bij de regioselectie te komen, viel de keuze op handbal.”

Heb je als jong meisje gedroomd van het Nederlands voetbal of handbal team? “Ja allebei wel. Dat was nog wel voordat de Nederlandse voetbaldames het EK wonnen en echt opkwamen. Op dat moment had ik niet echt super grote voorbeelden. Maar al die meiden die dus nu in het Nederlands team zitten, dat is allemaal wel een beetje de lichting van mijn leeftijd. En ja, met handbal zat bij de regioselectie en toen heb ik ook op een gegeven moment aangemeld om intern op Papendal te kunnen trainen. Daar heb je de handbalacademie en dan train je 16 uur per week. Je combineert dat met school. Ik hoopte dat ik die stap kon maken. Uiteindelijk hebben ze voor iemand anders gekozen op mijn positie. Het is uiteindelijk niet zo gelopen.”

Hoe was dat voor je, dat je het Nederlands team uiteindelijk niet gehaald hebt? “Op dat moment wist ik wel van mezelf dat ik niet de beste was die daar rondliep. Maar ik had zoiets van: ik heb niks te verliezen, dus ik ga er gewoon voor. En aan de ene kant vond ik het super jammer, maar aan de andere kant had ik er ook wel vrede mee. Je moet veel achterlaten als je intern op Papendal gaat wonen. Mijn broertje heeft de kans wel gehad om daar aan te sluiten. En ook een aantal meiden waar ik mee gespeeld heb zitten daar. Dan zie je vanaf een afstandje dat het best wel pittig is. Dus achteraf is het misschien ook goed geweest zo.”

Uiteindelijk kwam je bij PSV in Eindhoven terecht: “Daar zochten ze nog een goede keepster. Alleen, ik speelde toen met mijn team op hetzelfde niveau. Maar was dat in het dorp, dus praktisch gezien veel makkelijk. Mijn ouders hadden zoiets van: Ja hallo, dat is leuk. Maar Eindhoven is anderhalf uur heen, anderhalf uur terug. Ik wilde heel graag, dus dat was ook voor hen een lastige keuze. Ik heb nog twee broertjes en die hadden ook ambities. Na veel discussie hebben we de afspraak gemaakt dat ik een deel van mijn salaris ging bijdragen aan de reiskosten. Ik werkte bij de Action in de avonden dat ik vrij was. En daar ging ik… Mijn ouders reden één keer in de week. Er was een teamgenootje, die woonde op een half uurtje bij mij vandaan. Dus dan ging ik met de trein één keer in de week naar haar toe en dan reed ik daar vanaf mee. En dan één keer in de week ging ik zelf met de trein.”

Vond je daar wat je hoopte te vinden? “In het begin zeker. Het eerste jaar was in de jeugd. Ik was een jaar of 17 want ik had nog geen rijbewijs. Ik ben er zo warm ontvangen, dat was echt fantastisch. We hebben een super goed jaar kunnen draaien. Ik kon heel veel spelen, want ik had amper concurrentie op mijn positie. Hoogste niveau van Nederland, daar konden we mooi in meedraaien. Super toffe toernooien gespeeld. Maar die jaren daarna waren minder leuk. Ik zat een beetje tussen de A-jeugd en de senioren in. Op een gegeven moment moest ik de stap maken. Ik miste een stuk van de voorbereiding, maar mijn concurrente miste nog veel meer. Het wrange was dat ik toen naar het tweede team werd gezet. Als derde keepster. Want ja, de andere twee zaten er al jaren en die konden ze niet zomaar aan de kant zitten.”


Van groot talent naar niet goed genoeg

Je kwam dus als groot talent de club binnen en ineens leek je niet belangrijk meer. Bestempeld als niet goed genoeg. Hoe was dat voor jou? “Ik heb in die periode amper gespeeld. Tot we op een punt kwamen dat iedereen zei: er moet een van de drie keepers afvallen. Ik heb toen gezegd, maak maar een keuze. Ik wilde niet aan het lijntje gehouden worden. Ik viel af." 

Wat motiveerde jou om daarna toch door te blijven gaan? “Ik wilde mezelf niet laten kennen. Ik vond het ook oprecht leuk om nog steeds het beste uit mezelf te halen. Ik was nog zo jong. Ik had toch een soort van de hoop richting de toekomst.”

Uiteindelijk kwam je terecht in Aalsmeer: “Ik ben toen halverwege het seizoen overgestapt. Daar ben ik heel goed ontvangen. Ik merkte wel dat de mentaliteit heel anders was. Ze zijn een stuk harder en directer. Vooral in taalgebruik. Er waren een aantal meiden die waren er niet zo van gediend dat ik midden in het seizoen over kwam stappen. Ik kreeg gewoon maar minuten en ik had me niet hoeven bewijzen in de voorbereiding. Dat werd me niet door iedereen in het dank afgenomen. Terwijl andere meiden super aardig waren. Al met al had ik het er goed naar mijn zin. De trainers waren heel leuk en ik kreeg een eerlijke kans. Het was alleen zo’n eind reizen voor iedere training. Al vrij snel maakte ik daarom de overstap naar Den Haag.”

En daar woont Sanne nog steeds: “Hoe leuk het ook was in Aalsmeer, ik moest dan verhuizen. Ik heb samen met de club nog gekeken naar kamers in Amsterdam maar het was onmogelijk. Mijn broertje speelde al in Den Haag en dus vertrok ik ook. Ik ging lager spelen, maar kon tenminste wel lekker minuten maken." 

Thuis riep ze tegen haar ouders dat ze liever derde keeper in de eredivisie wilde zijn, dan ‘ergens op een lager niveau’ eerste keeper. Hoe was dat voor jou toen het echt zover was? “ Nou, toen ik helemaal in de Eredivisie kwam, heb ik wel gelijk de eerste wedstrijden minuten mogen maken. Alleen uiteindelijk heb ik maar vijf wedstrijden in de Eredivisie gespeeld. Ook weer door allerlei omstandigheden met trainers, blessures, valse beloftes. Maar ja, ik heb het wel meegemaakt! En ik vond het onwijs gaaf." 

Sanne haar ogen twinkelen: “Ja, ik vond het heel gaaf om dat mee te maken. Ik wilde ik altijd graag, de Eredivisie. En dan sta je daar ineens minuten te maken tegen de landskampioen. Dat je denkt, oké... Ik sta hier nu echt. De meiden die dan nu bij het Nederlands team zitten, die toen nog in de Eredivisie speelden, hun ballen ging ik stoppen. Ik heb dat toch maar mooi even gedaan.”


Het belang van sportpsychologie en mindset in de sportcarrière van Sanne de Laater

Wanneer kwam voor jou het besluit: het is mooi geweest, ik stop hiermee? “Iets meer dan anderhalf jaar geleden. In de jaren daarvoor riep ik wel: ik ga stoppen, ik heb er geen zin meer in. Ik kreeg op een gegeven moment een relatie en toen zag ik dat er ook andere dingen waren dan sport. Mijn leven was altijd werken of school en sporten. Er ging ineens een hele wereld voor me open. Mentaal ging het niet heel lekker en ik heb toen een traject gevolgd bij een Mindset Coach. Ik kwam toen ook voor het eerst in aanraking met Crossfit. Zij hielp me inzien dat ik, behalve mijn sport, meer uit mezelf kon halen. Toen kwam wel het besef van, leid ik eigenlijk wel het leven wat ik wil leiden?" 

Wat heb jij er aan gehad dat jij je niet alleen fysiek maar ook mentaal liet coachen? “Ik geef nu zelf ook handbaltraining en zeg vaak: een sportpsycholoog is eigenlijk hetzelfde als een fysiotherapeut. Voor je brein, voor je mind. Het is helemaal geen schande als je daar naartoe moet, het is alleen maar goed. Ik heb liever dat je er preventief naartoe gaat, dan dat je achteraf met problemen komt te zitten. Ik had op dat moment het gevoel dat dingen niet helemaal lekker liepen. Ik was altijd moe, werd geleefd door mijn werk. Was altijd maar aan het sporten, maar ik voelde me niet fit. Dus ergens matchen er een aantal dingen niet. Ik wilde niet meer zo geleefd worden door de dag. Bij haar heb ik echt geleerd om te kijken naar wat ík wil. Ik heb onwijs veel geleerd over voeding, iets dat ik vanuit huis niet zo heb meegekregen. En Crossfit als nieuwe passie is blijven hangen.”


Mentale gezondheid van (jonge) sporters

Je bent nu 1,5 jaar geleden gestopt. Wat is jouw visie op sport en de aandacht die er is voor de mentale gezondheid van sporters? “Ik denk dat we het sowieso meer bespreekbaar moeten maken. Het moet voor iedereen toegankelijk gemaakt worden. De jeugd, de kinderen er heel bewust van maken. Als trainer of coach heb je daar een hele grote rol in, ook richting ouders. Ouders zijn toch het voorbeeld. Het probleem is dat zij vaak niet weten wat hun eigen invloed op hun kind is. Wat gaat er nu in het koppie van een jeugdspeler om? Wat kan ik doen om je te helpen? Dat is vaak een vraag waar kinderen geen antwoord op hebben, maar waar ze wel over na gaan denken. Openheid krijgen om het gesprek aan te kunnen gaan. Dat is vaak het begin.”

Hoe is de transitie voor jou gelopen van topsporter naar het – tussen haakjes – gewone leven? “Ik ben al een jaar of vier ondernemer, dat heb ik er altijd bij gedaan. Toen ik stopte dacht ik eerst, oh, lekker vakantie. Gaan we even lekker niks doen. Maar ja, als ik niet beweeg, dan wordt mijn hoofd heel onrustig... Dan word ik niet heel gelukkig. Dus na een paar maanden vroeg ik me af: wat ga ik doen met mijn leven? Ik werkte van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Mijn toenmalige partner gaf aan dat ik niet te genieten was. Dat ik van alles vergat. En bang was dat ik zou omvallen. Het voelde als een zwart gat. Ik ging maar werken en dan vooral vol gas, net zoals ik gewend was in de sport. Ik wist dat ik weer moest gaan sporten maar wilde niet meer vastzitten aan de verplichtingen van een teamsport. Crossfit en ook het aannemen van mental coaching lag voor de hand en dat ben ik gaan doen.”


Van onrust naar voldoening: hoe Sanne haar leven in balans bracht

Ben je nieuwe doelen gaan stellen? “Ja. En tegelijk was dat ook mijn valkuil. Ik wil iedere dag een tien gooien. En dat gaat ook niet altijd. Nu heb ik voor mezelf inmiddels een lekker ritme opgebouwd. Sinds januari 2023 ben ik weer volledig voor mezelf werkzaam en niet meer in loondienst. Spannend, maar ik heb een geweldig zakelijk netwerk. Dus toen zij dat hoorde, kreeg ik ineens weer super veel nieuwe klanten. Ik heb nu een eigen kantoor op vijf minuten fietsen van mijn huis. Waar ik voorheen een uur heen en een uur terug reed naar mijn loondienst baan.”

Hoe vond jij uiteindelijk een antwoord die ene vraag: Wat wil ik nu? “Ik vloog altijd alle kanten op, maar ik heb nooit geweten dat ritme en structuur zoveel voor me kon betekenen. Mijn normale dag nu is dat ik rond een uur of zes opsta. Dan ga ik meestal om zeven uur ‘s ochtends trainen. Tot een uurtje of half negen. Even snel douchen en daarna ga ik richting kantoor. Ik werk overdag en ga tussendoor soms nog even wandelen. Als er wat sociale dingen tussendoor komen, kan dat ook. Aan het einde van de dag ga ik lekker naar huis, op het gemakje koken. En dan ga ik s'avonds vaak nog wandelen of even met vrienden wat drinken, even naar het strand toe. Ik merk dat ik daar heel veel rust van krijg.”

Wat ben je gaan doen als ondernemer? “Ik heb twee bedrijven, een online marketingbureau. Daar help ik heel veel enthousiaste en creatieve ondernemers die willen groeien. En dan heb ik, nou, het is eigenlijk een hobbyprojectje... Maar dat is een bedrijf geworden in elektrische deursloten. Dus als je met je telefoon in de buurt van een huis aankomt lopen, gaat de deur van slot af en kan je naar binnen. Ideaal voor bijvoorbeeld makelaars die mensen een huis willen laten bezichtigen.”


Verandering in het leven na topsport

Welke vaardigheden die jij in je sportcarrière hebt ontwikkeld, zet je nu ook in in jouw bedrijf en je leven daaromheen? “Sowieso doorzettingsvermogen. Niet zo snel opgeven, gewoon lekker ergens voor blijven gaan. Continu door ontwikkelen. Met handbal vond ik het altijd leuk om weer nieuwe dingen te leren. Dat heb ik in mijn werk ook. Ik ben niet specialist op één gebied, want dat vind ik te saai. Er moeten nieuwe dingen zijn. Er moet altijd iets gebeuren. Ik wil een team vormen. Klanten die zeggen: hier heb je een potje met geld, doe er maar wat mee. Ja, daar word ik niet enthousiast van.”

Heb je verandering gemerkt in jouw sociaal leven sinds je bent gestopt met handbal? “Ja. Het is niet dat er heel veel mensen weg zijn gevallen. Ik heb meer tijd voor de vrienden buiten handbal. Ik heb ook wat meer rust daardoor in vriendschappen. Ik kan gemakkelijker ergens naartoe. Als ik een keer niet ga trainen, is het ook geen ramp. Je relaties en je dynamieken, die veranderen allemaal. Waar het thuis eerst altijd maar over handbal ging, gaat het nu over veel meer dan dat.”

Je nam nog niet zo lang geleden afscheid van de topsport. Welk advies zou je sporters geven die weten dat hun afscheid er ook aankomt? “Ik weet niet of je het kan voorbereiden. Ik wist een paar maanden van tevoren dat ik ging stoppen. Maar ja, je weet gewoon niet wat er gaat komen. En eerst voelt het als vakantie, maar voor je het weet ga je eigenlijk een soort zwart gat in. Dus je moet wel zorgen dat je met mensen in contact blijft. Dat je jezelf niet teveel gaat afzonderen. En dat je ook andere hobby's gaat zoeken buiten sporten. Dat is erg belangrijk. Zo snel mogelijk mee aan de slag gaan, want anders wordt het ineens heel eenzaam.”

Alle gasten vraag ik naar een boek dat je hebt gelezen en dat we allemaal zeker zouden moeten lezen. Je hebt er twee meegenomen. Welke zijn dat en waarom moeten we deze boeken lezen? “De eerste is “The I of the Tiger”. Een boek over hoe je als atleet jezelf altijd identificeert als topsporter. Maar wat als je stopt? Wat gebeurt er dan? Want dan ben je ineens niet meer die topsporter. Maar wie ben je dan? Ik denk dat het voor iedereen een heel interessant boek is om te lezen, waar je heel veel uit kan halen. Wat me het meest is bijgebleven is dat je zoveel meer bent dan alleen de sporter.  Dat je veel meer bent dan alleen de sporter.”

En het andere boek? “Dit is een autobiografie van een van de fitste dames ter wereld in de CrossFit. En zij omschrijft haar hele weg richting uiteindelijk de fitste dame ter wereld worden. De titel en schrijfster is gelijknamig: Catherine Davidsdottir.”

Wat heb jij gedaan binnen of buiten jouw topsportleven als handbalster dat we allemaal zouden moeten doen? “Ik heb zoveel meegemaakt. Er zijn zoveel dingen die je zou kunnen doen. Maar ik denk het meest ongemakkelijke is een ijsbad. Met een stukje ademhaling erbij.”

Daar moeten we allemaal een keer in? “Ja. Het is heel ongemakkelijk en heel oncomfortabel. Op het moment dat je het ijskoude water ingaat, raak je een soort van in paniek. Omdat het zo koud is en je ineens je ademhaling niet meer onder controle hebt. Maar dat is juist de hele oefening. Heel veel mensen denken, het is maar koud. Dat doe ik even. Het is niet zomaar koud.”

Tot slot, What’s Your Story is er natuurlijk voor sporters die al dan niet tijdelijk moeten stoppen met hun sport. Als je deze sporters nog één advies zou mogen meegeven aan het einde van deze podcast, welk advies zou dat zijn? “Blijf erin geloven. Er zijn altijd wegen om er toch te komen. Ook als het financieel niet kan, of als je denkt dat je toch niet goed genoeg bent. Er zijn altijd mensen die je kunnen helpen. Bijna niks is onmogelijk."

Over de schrijver
Community voor en door (voormalig sporters). Je sportdroom had je uitgestippeld. Misschien is het zelfs realiteit geworden. Maar van de een op de andere dag hoor je er niet meer bij. Noodgedwongen omdat je een blessure kreeg, ziek werd of niet meer geselecteerd. Word lid van onze community, je staat er niet alleen voor!
Reactie plaatsen

Zoek een blog / podcast op naam of onderwerp

We hebben maar liefst 290 podcasts online staan!